Merkwaardig hoe herinneringen van mijn vorige tocht door Zuid-Amerika nu terug opborrelen. Details die door de soep der jaren al naar de kelders van mijn harde schijf verbannen waren. De sleutels voor deze terugkeer zijn het beleven en herbeleven van; de indringende beelden, de exotische geuren, de verbluffende kleurschakeringen, de verrassende geluiden, de intense gevoelens en de bijwerking van het afzien achteraf die niet te versmaden zijn. Namelijk het genot van een douche, het milde high zijn, de troostende leegte in de darmen en de vrolijkheid in de spieren. Wie al eens fietst, zal me vast niet tegenspreken.
Haast zou ik de heerlijke zon nog vergeten te vermelden hebben. Want warm is het of hot zoals ze in Belize zeggen. Ja, liefste lezers, in Belize spreekt men Engels daar dit tot zo'n 31 jaar geleden nog Brits Honduras heette alvorens onafhankelijk te worden. Belize, veel mensen -en ik was er één van - weten niet eens waar het ligt. Aldous Huxley schreef hierover '' Het is op weg naar nergens, het heeft geen strategisch waarde en zo goed als onbewoond''. Toeristische gidsen zullen het aanprijzen als een ongelooflijk duikparadijs en een fraaie plek voor ornithologen om hun hobby te botvieren. Waarschijnlijk zullen ze ook gewag maken dat in de ongerepte tropische regenwouden de jaguar nog koning is en de plaatselijke Maya afstammelingen de eer opeisen van de chocolade uitgevonden te hebben.
Klopt allemaal. Mij viel daarentegen het ongedwongen Caraïbische lasser-fairesfeerte vooral op dat er heerste. De mengelmoes van huidskleuren en culturen waarbij de Aziaten de kleinhandel aan het overnemen zijn. Nog wonderbaarlijker was de rust van de zogezegde Highway. Deze heeft op een tijdspanne van een week minder wagens te verwerken dan de Boechtstraat in Meise op een uur. Zo vredig is Belize, die onbekende en goed bewaarde parel. Het is er alsof de tijd ligt ingeslapen in een hangmat. Hangmatten die hier zonder meer een essentieel onderdeel vormen in het alledaagse bestaan van jong en oud. Misschien is het zelfs een grondtrek ervan. Zoals ik al zei het is er hot. Zo liggen een grootmoeder en haar dochter in een hangmat mais te pellen en terwijl met elkaar te klessebessen. Kleinkinderen drummen joelend rond en onder hun door en achteraan staat een pot mais te pruttelen op een laag houtvuur. Verderop liggen enkele jonge mannen genietend in te dommelen bij een portie reggae en wiet. Zelf heb ik er ook gebruik van gemaakt gedurende twee nachten. Was even wennen, dat wel. De enigen die de hangmat hartgrondig verbannen hebben zijn de vele Mormoonse gemeenschappen in de streek. Die hebben wel meer eigenaardigheden denk ik dan.
Tijdens het fietsen, het was nog vroeg in de morgen en alles zag er enigszins geelbruin en okerkleurig uit met een zweempje roze kwam ik een pijl tegen tussen de dichtbebladerde groenen bomen, behangen met lianen. Het gaf de weg naar een eeuwen oude Maya ruïne aan. Reizen is altijd zoeken naar het evenwicht tussen een plan volgen, ergens naartoe gaan en de deur open laten voor onverwachte wendingen. Na enig gezoek hielp en vergezelde een charmante een niet onaantrekkelijk creoolse vrouw met amandelvormige twinkeloogjes me door het labyrint van groen tot aan de verlaten en overwoekerde site. Dit ondanks ik stonk, een geur van zweet (het is er hot, weet je nog) zo onmiskenbaar dat het leek alsof ik kaas onder mijn oksels had gewreven. Even terzijde wil ik nog vertellen dat de ruïne bijster weinig voorstelde in vergelijking met het indrukwekkende Tikal dat ik nadien in Guatemala bezocht. Eén van die heiligdommen in de wereld die je niet kunt betreden zonder je adem stokt.
Bij het afscheidnemen van de schone vertelde ze me quasi-verlegen dat volgens de Maya overlevering de traditie wil dat iedere keer je iemand een gunst bewijst je deze persoon een omhelzing dient te geven, waarna je telkens een dag langer leeft. In eerste instantie stond ik haar aan te staren met een soort blik waarmee mussen naar hun arme onschuldige koekoeksjong kijken doch door de klank van haar stem geloofde ik er geen snars van. Niettemin, zou dit weigeren een culturele faux pas zijn die gelijkstaat aan koning Albert II in zijn gezicht te boeren. Zo doende, na de omhelzing en eerst achterdochtig gevoeld te hebben of het geld nog in mijn zakken zat, repliceerde ik haar dat volgens mijn traditie een kus je een jaar langer doet leven.
Belize is hot, weet je wel!
Liefs Federico
-1000 km verder -
jij deugeniet.
BeantwoordenVerwijderen