zondag 17 oktober 2010

El Alto; de Far-West van Bolivia.

Geachte president, geachte kameraden...nee dit is niet de aanhef die de parlementsleden hanteren als ze het woord krijgen alswel de schoenpoetsers van ALPRA tijdens hun maandelijkse onderlinge vakvergadering waarin allerlei topics worden besproken die hen aanbelangen.   Ook het decor verschilt danig, geen rode zeteltjes, wandtapijten of heroïsche schilderijen maar één van die trieste, verwaarloosde plantsoentjes die het strijdtoneel zijn van kinderen versus junkies, alcoholisten.   Verdord gras , kapotte glijbaan, een paar schommels aan een roestig wirwar van kettingen heen en weer zwaaiend in de wind naast een nagenoeg gesloopt bankje.  Sympathieke Don Pancho, de oudste onder hen -hun leeftijd varieert tussen de 7 en 77 jaar zoals destijds de MB-spelletjes aangeven al is dit geen spel - benadrukte prevelend dat iedereen op post diende te zijn voor de volgende ronde van de voetbalbeker.
Zodus en zodoende nam ik die bewuste zaterdag het minibusje in El Alto richting sportveldje zoals ik in eerdere gevallen al deed.   Ik wist waar het bric-à-brac busje - met op het dashboard een beeldje van de Heilige Maagd die meer op Barbie leek heen en weer stond te schudden - diende te stoppen.  Maar wat niet in het scenario stond was de omleiding wegens één of andere parade met een fanfare die het gehoempa van vrolijke deuntjes en het verdriet van sombere melodieën liet schallen.  Na een doolhof van vele kleine straatjes laat de chauffeur weten dat we beland zijn aan zijn terminus.  Met een handbeweging, die de grandeur bezat alsof hij mij het leven schenkte, beduidde hij dat ik als laatste passagier moest uitstappen.  Daar was ik dan - alleen - beland in het deprimerend, stinkende universum van krakkemikkige schamele adobé huisjes met golfplaten daken, ergens diep -wist niet waar - in het hol van Pluto, in dit geval El Alto.  De stad is waarschijnlijk de armste van Bolivia en is de afgelopen jaren explosief gegroeid (jaarlijks met meer dan 5%)  Met bijna 1miljoen inwoners is het van een verre buitenwijk van La Paz uitgegroeid tot de tweede stad van het land (80% behoort tot de inheemse Aymara bevolkingsgroep).  Het is er een onherbergzaam gebied op 4100 m,ontworpen  om de grenzen van de menselijke mogelijkheden te onderzoeken.  Een milieu  waar men je ziet als iemand met groene vingers als je er een ordinaire cactus in leven kunt houden.  De wegen die waren er in een erbarmelijke staat.  Ripio, zoals ze dat hier zo mooi zeggen, wat zich laat vertalen door "onverharde weg" een zachte haast eufemistische vertaling als je het mij vraagt. Op de vele hoeken van de straten hingen macabere levensgrote lappen poppen aan lantaarnpalen.  Ze gaan vergezeld van een niet mis te verstane waarschuwing: "Elke dief die gepakt wordt , zal branden" daar men geen vertrouwen meer heeft in het lakse optreden van politie en justitie.  Volgens  de verantwoordelijke autoriteiten vonden er in deze wijken van El Alto in de eerste helft van 2009, 35 lynchpartijen plaats, 13 met dodelijke afloop.   Wat dat betreft hoeft het amper een betoog dat het ee "gezellige"buurt was als gringo.  Laten we het daarop houden.  Ik vroeg aan de chauffeur waar de weg naartoe ging, hij zei enkel "naar daar" en deed dat Roger Moore -ding met één van zijn wenkbrouwen. Tja, van praatzucht kon ik hem in elk geval niet beschuldigen.  In eerste instantie wachtte ik nog op een busje die de richting opging van de heenreis, maar nee, de allermooiste dingen hebben er een handje van weg om expres niet te gebeuren wanneer je het zo graag wilt.   Vanaf dat moment herinner ik mij alles in extreme vertraging.  Een koppel - waarvan de vrouw eruitzag alsof ze van een vierling kon bevallen -liep wat verder, "Excuseer mij" stak ik zo vriendelijk mogelijk van wal.  De vrouw noch haar man gaven blijk van enige reactie. "Sorry" een beetje luider dit keer.  Nog nooit had ik zo weinig reactie gehad op mijn woorden, zelfs een vlieg die langs je hoofd zoemt krijgt meer aandacht.  Wat nu? Ik probeerde te denken, tevergeefs.  Teveel vragen en niet één antwoord.   Dus laveerde ik hoofdschuddend verder door een melkweg van papiertjes, afval en andere rotzooi.   De lucht boven me had de kleur aangenomen van een te vaak gebruikte dweil.  Onzeker versnelde ik mijn pas en zette mijn tocht voort.  Links van me enkel lachende magere kinderen, met grimmige gezichten en gekleed in geroffelde vodden die op een blikje trapten.  Rechts passeerde ik een bende gore pottenkijkers -die geboren en getogen zijn in deze Darwiniaanse onderwereld van armen, ontheemden en gemarginaliseerden -, er viel een stilte, alle gesprekken vielen stil, zelfs de alcoholisten leken opeens hun oren te spitsen, alsof er toch iets belangrijker is dan drank.  Er was echter nog iets anders wat me behoorlijk op de zenuwen begon te werken...de roedel loslopende grommende honden achter me.  Ik versnelde nogmaals, ditmaal mt de snelheid waarmee de spaceshuttle de ionosfeer binnendringt.  Maar er was meer aan de hand! Plots, uit het niets, verhieven zich voor mijn verbaasde ogen drie gasten in joggingpak waarvan ééntje met een mes dreigde als een exorcist met een kruisbeeld, daarbij iets mompelend wat ik niet verstond maar wel begreep.
Een miljardste van een seconde later, mijn bloed raasde als een opgewonden bijenzwerm, maakte ik me -in een tijd die een eeuwigheid leek - snel uit de voeten en slaagde er wonderbaarlijk al hijgend in om ze van mij af te schudden in wat weleens de sprint van m´n leven zou kunnen geweest zijn.  Nog lang daarna had ik bij de herinnering van die namiddag het gloeien van mijn gezicht en het bonzen van mijn hart gevoeld.  Evenwel, veel zin heeft niet om er te lang over te blijven piekeren, het tegenovergestelde zou mij verbazen.  Toen de namiddag een fijn schuine regen en een inktzwarte schemering uit de oktoberhemel wrong bereikte ik het voetbalterreintje.  Wat was ik blij mijn kameraden er te ontmoeten waarvan velen afkomstig uit El Alto.  Dat moet gezegd worden.  Bolivia zou Bolivia niet zijn indien de wedstrijd op het voorziene aanvangsuur zou starten, met gevolg ik nog op tijd was. 
U vraagt zich -overigens terecht - af hoe de wedstrijd afliep.  Welnu, liefste lezers, die wonnen we na een klutsgoal met  1-0 en bereikten zo de kwartfinales.


Groetjes van een in leven en welzijnde Federico.

2 opmerkingen:

  1. manman,
    anders moet ge ons hier is aan ons pc-scherm kluisteren van de spanning!

    hou je daar goed & keep it safe!

    BeantwoordenVerwijderen
  2. daarom kan jij best naar bolivia gaan, hè. Jij redt je uit zulke situaties en zult el alto nadien niet per se gaan vermijden. Heb omleiding even opgezocht voor je en dat is dus desvio, dus ms kan je dat voortaan wel even checken!
    Veel succes nog ginder

    BeantwoordenVerwijderen